|
Opgetekend: 22 februari 2003...
|
Stille krachten ontvouwen zich, lang
verborgen energieën komen vrij. Als een enorme gouden piramide
stroomt de energie door de lagen.
Alle oude pijnen en verborgen frustraties komen één voor één voor
het voetlicht. Eeuwen, vele eeuwen aan ballast wordt nu met de
stroom mee gespoeld. Alle afgestorven donkere lagen, die na lange
tijd nu het licht hebben aanschouwd, worden gevuld met puur goud.
Omdat men naar zichzelf durft te kijken.
Wie ben jij dan eigenlijk, wie ben ik zelf?
Was ik afhankelijk van de goedkeuring van anderen?
Wilde ik door anderen lief gevonden worden?
Maar waar was ik op dat moment?
Gaf ik mijn macht uit handen, en bedelde om andermans aandacht?
Of heb ik nu ingezien dat een mens alleen maar functioneert als hij
zichzelf met liefde voedt. Dan kan men vrij functioneren, zichzelf
zien als één groot geheel. Door zich vrij te maken van die eeuwige
goedkeuring kwam de mens op eigen benen te staan.
Ja dat ben ik, ik kan leven. Ik heb mijn eenzame delen met pure
liefde gevuld. Ik kan op eigen benen staan en weet hoe ik liefde wil
verspreiden. Ja, dat is een groot geschenk. Om liefdevol mensen
tegemoet te treden, liefde uit te stralen, ongeacht wat daar voor
terugkomt.
Dan zijn alle innerlijke buisjes gevuld met het pure goud. Om in
totale liefde voor mijn persoon mijn levensweg te vervolgen. Een
gouden bol, een gouden piramide, grote lasten zijn weggedreven.
De kunst om lief te hebben is overgebleven. |
|
|