|
Opgetekend: 1 maart 2003...
|
Een ijslaagje zo superdun siert
de vijver van het gevoel.
De krullen van de schaatsen geven zwierige afdrukken op het donkere
water.
Door de eeuwen heen zijn hier ettelijke patronen op het gladde ijs
neergezet.
Vele inkepingen bezeerden het stille rustige water.
De maalstroom des levens, het water, de emoties bevroren tot ijs.
Later weer gesmolten om opnieuw het patroon te starten en dat met
zwierige krullen neer te zetten.
De ijsbaan van het leven, onbekommerd zwiert men rond.
Totdat de bittere koude u overvalt en men zijn heil moet zoeken om
zich binnen te verwarmen.
Het ijs, het vaak zo dunne laagje waarvan men niet weet hoe te
betreden,
ligt soms bezaaid met obstakels en biedt niet altijd de garantie voor een veilige oversteek.
Maar wie met het volste vertrouwen weet dat het ijs u zal dragen
komt, ondanks het altijd loerende gevaar, veilig bij de overkant aan. De
lopers liggen klaar om vanaf het koude ijs te klunen naar de warme
kachel
waar de drank wacht om u innerlijk te verwarmen.
Vol van emoties, de wangen rood gekleurd, trekt men de veters weer aan
om, na gelaafd te zijn, de tocht op het koude ijs weer te hervatten.
En ondanks sneeuw en ijsregens komt men als een eeuwige winnaar, na
een lange barre tocht,
op de finish lijn binnen waar men u in liefde opwacht. |
|
|