|
Opgetekend: 5
juli 2018
'Vele wegen leiden naar Rome', was
een vaste uitspraak van mijn moeder. Ik nam niet
altijd de goede weg. Het leven bracht mij op het criminele
pad. Inbraak, afpersing, verkrachting, alsof ik dáárvoor in de
wieg was gelegd. Niets was minder waar. Ik had een
godvrezende moeder die mij in goede zin had opgevoed. Niets
was haar teveel. Maar in mij brandde een vuur. Ik was nooit
tevreden, wilde geld en aanzien. Veel materie, goedschiks of
kwaadschiks. Met vooral véél macht. Mijn moeder zou zeggen:
"Dat is niet de weg die ik je heb gewezen". Maar ik schakelde
mijn gevoel uit, was alleen op zoek naar slechte zaken. Arm
moedertje... Was ik echt maar naar Rome gegaan. Dan had die stad
mij misschien nog kunnen bekeren. Helaas leef ik
niet meer. Bij een van de inbraken crashte de gestolen auto
en werd ik letterlijk uit de auto geslingerd. Nu leef ik tussen
de aarde en het Grote Licht. Ik was te trots om mij te laten
helpen. Een hard hoofd en vooral géén boete doen. Tot er een
gids kwam. Die pakte mij vast en toonde mij mijn leven. Ik
schrok zo! Was ik dat? Had ik zoveel mensen leed
toegebracht? God vergeef mij a.u b., ik wil het inzien, ik
wil boete doen. En in de verte zag ik mijn
overgegane moeder, haar armen uitgestrekt: "Kom maar mijn zoon,
het is nog niet te laat. God is immers vergeving en liefde."
Als de mens van goede wil is... |
|
|
|