|
Opgetekend:
14 juli 2005..
Een eenzaam
gevoel, een leeg huis.
Geen sleutel meer in het sleutelgat, een lege stoel bij de
tafel..
Wist ik maar waar je bent gebleven, toen je zo plotseling over
ging.
Het ziekbed was zo kort. En ineens was je er niet meer..
De kamer leeg, het bed onbeslapen. Het lichaam afgedekt.
Nooit meer jouw geur, of liefkozende handen.
Voorgoed ben je weg gegaan..
Een engel fluistert:
"Zeg aardse mens, luister even..
Het lichaam is inderdaad leeg en wordt begraven. Maar de ziel,
die prachtige ziel, die leeft voort. Opgenomen in de sferen aan
gene zijde. Het woord 'dood' is zo'n taboe. De ziel is naar
huis, krijgt liefde en kijkt na verloop van tijd naar de aardse
situatie. Het uitrusten is begonnen, zonder lichamelijke pijn.
De ziel, opgetrokken in zuivere sferen.
Waarom de aardse tranen, terwijl de overgegane ziel zo vrij is..
Weg knellende banden, de oude jas afgelegd.. Heb daar maar vrede
mee.
Niemand kan vooruit weten hoeveel tijd er nog is te gaan. Maar
als de dag is aangebroken, geef ons dan de vrijheid om de ziel
in liefde op te halen en te brengen naar zijn geestelijke
rustplaats. De scheiding tussen leven en dood is dun, de
kringloop der ziel is ingegaan. Het allerhoogste zorgt voor zijn
kind en de ziel kan nooit teloor gaan", fluistert de engel..
Maar de mens houdt zijn eenzaam gevoel, ziet het lege huis.
Hoort geen sleutel meer in het sleutelgat en aanschouwt de lege
stoel aan tafel.
Maar één duidelijk verschil.. De boodschap van de engel kan
vrede geven, lost een klein stukje eenzaamheid op. En bovenal
geeft 't vertrouwen dat 't geen einde is. Tot stof zult gij
wederkeren en een weerzien is verzekerd met allen die wij zo
intens liefhebben..
Aardse mens, bundel uw krachten. Vraag om rust in uw gebed. Laat
de ziel die u heeft verlaten vrij, en eens zullen wij allen weer
samengaan..
|
|
|