|
Opgetekend:
14 februari 2006..
Achtergrond:
De strijd van een meisje om het leven. Zij heeft zó gestreden, zo'n
ijzeren wil..
Wat moeilijk voor de ouders die moeten toekijken..
Haar lichaam zweeft nu tussen hemel en aarde.
De meeste vitale organen lieten het afweten. Aan de hand van een
gids wandelt ze door de tunnel..
'Mama, papa, waar zijn jullie nu..?
Het is hier zó mooi licht, maar ik ben hier zo alleen.
Wel fijn om even geen pijn te voelen. En ik kan weer gewoon
slikken.'
En de gids neemt haar mee. Op 't einde een enorm licht waar zij
naar toe wordt gezogen. En vele lieve zielen staan op haar te
wachten.
'Maar papa, mama, waar zijn jullie nu?
En mijn broertje, die zie ik niet meer. Kijk, nu zie ik mezelf
weer liggen. Maar wat doen al die slangen aan mijn bed?
Ik hoor mama praten tegen mij en ik zie de tranen glinsteren. Ja
mama, ik ben er nog, alleen kan ik mijn ogen niet meer open
doen. En teruggaan naar al die pijn, niet meer zelf kunnen
ademen.. Mijn haren waar ik zo blij mee was ben ik ook al
verloren..
Wat vind je mama, zal ik maar meegaan, lopend naar dat warme
licht..? Of kunnen jullie mij nog niet missen.. Mama, kun je mij
loslaten?
Ik denk dat leven niet meer mogelijk is, alle kuren mochten niet
baten. Papa, mama, laat mij los. Jullie Miekie gaat naar huis..'
Welke kant het ook mag wezen, het leven is zo'n enorme strijd.
Ik geef me over aan 't leven, Vader bepaalt u maar mijn tijd.. |
|
|
|