|
Opgetekend: 5 augustus 2014
Voorwoord
Vele jaren geleden heeft mijn overbuurvrouw en einde aan haar leven
gemaakt, totaal onverwacht.
In het raam van haar oude huis zag ik ineens haar gezicht afgetekend.
Verbeelding?
Kort daarna kwamen de volgende woorden:
Herinner jij je mij nog?
Weet je nog dat ik uit het raam sprong, naar beneden? Ik wilde
absoluut niet meer leven. |
Tegenover jullie woonde ik, ik was jullie
overbuurvrouw.
Al zo lang was ik radeloos en voelde mij naast de maatschappij
staan. Mensen zagen mij niet staan.
En voor wie moest ik nog zorgen? Mijn aangenomen zoon ging het
alleen maar om het geld, benieuwd wat ik achterliet aan
bezittingen.
Ik was zo eenzaam. Wel ben ik blij dat ik nu niet meer leef
omdat het zulke hectische tijden zijn op de aarde. Maar dat is
het enige. De dokters stopten mij vol met medicatie. Zat
gevoelsmatig steeds in een rollercoaster. Ik wilde dat gewoon
niet meer. Lang heb ik moed verzameld en heb de beslissing
genomen om eruit te stappen.
Nu zie ik in dat het niet goed was.
Ik leef hier in vrede en liefde maar nu heb ik vele lessen
gekregen en geleerd dat ik méér had moeten vechten. Niet de weg
van de minste weerstand en het leven als een kostbaar geschenk
had moeten zien.
Voor allen die radeloos zijn en rondlopen met plannen: Minder in
eerste instantie uw medicijnen, zodat alles weer overzichtelijk
wordt. En overweeg toch nog de goede dingen. En verlaat pas de
aarde als het tijdstip daarvoor is gekomen.
Dank dat ik dit mocht vertellen… |
|
|
|