|
Opgetekend: 9 maart 2015
Voorwoord
's morgens vroeg had ik het gevoel dat er iemand in de buurt was.
Ik voelde een energie die tegen mij aan liep. Het was een vrouw, dat was
duidelijk.
Ik vroeg haar zachtjes: Wil je iets vertellen?
"Ja zei ze, het is allemaal niet eerlijk. Wil je mij er bij helpen?"
Zij wilde het volgende vertellen...
Terugkijken heeft geen zin.
Maar gerechtigheid mag er zijn.
Na diverse keren te zijn mishandeld, wist ik dat ik alert moest
zijn. Jij deed dat af met een grapje, toonde gelijk berouw en
beloofde mij gouden bergen.
De angst werd heviger. Tot op de dag dat je mij van het leven
beroofde en het liet lijken op zelfdoding. Met onmacht en schrik
in mijn ogen. Zo geraffineerd, dat mijn familie zelfs er in
trapte.
Mijn dood zal zorgen dat jij geen rust meer kent. De liefde die
ik voor je voelde heb je verguisd. Ik ben vaak in jouw nabijheid
en druk op je geweten. Wees een man, wees consequent. Geef je
aan en beken schuld.
Ik kan niet meer terug naar mijn leven op aarde. Jammer, want ik
was nog vrij jong. Maar voor de omstanders zal er gerechtigheid
zijn.
Als je dit leest, of andere mensen wijzen jou er op, dan is er
nog maar één weg. De druk op jouw schouders, als moordenaar, zal
jou teveel worden.
Onderga je straf.
Want eerlijkheid duurt het langst. |
|
|
|