|
Opgetekend: 28 september 2021
Voorwoord
Al een paar dagen zat je in mijn hoofd.
Ik zag je altijd lopen, steevast in het
zwart, sjokkend langs onze winkel.
Je
hield zo van muziek en keek graag DVD's.
Weet je, zei je: Jij gelooft in
een voortbestaan, ik nu ook. Dit waren de woorden die ik van jou mocht
opvangen...
Aan mijn naam zul je mij herkennen. Ik
weet dat je altijd twijfelde of het een vrouwen of mannen naam
was. Wij hadden een goede band. Ook werkte ik op
school met moslims. Maar van huis uit had ik een ander geloof. Ik
liet dat maar zo en deed gewoon mee met de ramadan. Ik geloofde
ook in filosofie, las er ook boeken over. Mijn leven
was vruchtbaar. Ik zette mij op school in voor vele jongeren.
Ik was, al zeg ik het zelf, een goede leraar. Mijn
gezondheid was niet al te best. Ik bleef gezond eten en woonde
in een bosrijke omgeving. Toch had ik een hoge bloeddruk, de
sluipmoordenaar. En ondanks de medicatie kwam het einde van mijn
leven toen in zicht. Blij ben ik nu niet. Ik zie dat
ik nu mag doorleven in en andere vorm. Dat de aarde zo onrustig is
geworden hoef ik niet meer mee te maken. Ik benijd de mensheid
niet. Sterkte voor allen die daar middenin zitten...
Het is hier mooi. Een echte zachte tedere sfeer, een rustige
omgeving. Maar wat mis ik dat aardse bestaan... Ik zou hier ook
wat moeten opbouwen. Een hoop op een weerzien met bekenden en
geliefden. Mijn vriend mis ik heel erg. Maak wat van
het leven jongen ! Ik heb jou altijd geholpen zoveel ik kon.
In liefde doorgegeven Desiree |
|
|
|