Als de spreeuwen naar het zuiden
gaan,
is alle toorn verdwenen.
Als de koning is opgestaan,
staat men in het heden.
Laat de armen wapperen in de wind,
alles is in de armen van God.
Bepakt en getorst loopt men gezwind,
naar God’s uiteindelijke lot.
Wees niet bang, velen zullen u begeleiden,
men kan niet dieper meer uitglijden.
De deur, de brug, de poort,
God brengt u allen, daar waar u hoort.
Veer mee met de halmen des leven,
veel liefde en wijsheid wordt u gegeven.
Ezechiel. |
|