|
Opgetekend: 26 september 2013
Voorwoord
Als zielendelen uiteen worden gezet, gescheiden door de dood, dan sterft
er ook bij de achterblijvende iets van binnen.
Als er dan een boodschap komt van Gene Zijde dan wordt het hart
verwarmd.
Lief meisje,
Gevoelens zijn er om je te uiten.
Vaak zit je te slikken maar je toont je emoties niet. Wij
communiceren door een aanwijzing via dieren in je tuin, maar de
echte communicatie ontbreekt nog. Wij hadden nog zoveel plannen.
In gedachten neem ik je mee en streel je over je gezicht. Je was
voor mij zo kostbaar. Bij jou mocht ik mijzelf zijn en durfde
los te laten. En nu moet je met je leven maar uit zien te komen,
met gebreken en gescheiden van elkaar.
Zelfs geen tastbaar aandenken aan mij.
Ik had je willen vasthouden, verwennen. Voor mij ben je mijn
onverbrekelijke deel.
Twijfel daar maar nooit aan. Jij bent mijn zielendeel, mijn
zielenvlam, ook al was dat op de aarde moeilijk te bevatten.
Nu begrijp ik de strekking wat je mij toen vertelde. En ondanks
dat de dood ons heeft gescheiden, ik blijf je volgen en kijk in
liefde op je neer. De Goddelijke wereld helpt jou zoveel ze
kunnen met geestelijke en lichamelijke hulp.
Hou vertrouwen.
Ik zal je ondertussen muziek inleggen.
Je kunt de herinnering koesteren en je zult mij heel dichtbij
voelen. |
|
|
|