|
Opgetekend:
5 februari 2006..
Een koude wind waait over de velden. Een man en
een vrouw lopen stevig gearmd, elkaar vasthoudend om niet uit te
glijden. Vele sterren in de lucht, een heldere maan erboven..
Een grimmige koude snijdt hen de adem af.
Een lange weg te gaan, vol met ontberingen, die zij met moeite
kunnen nemen. Samen veel uitglijders op de zeer gladde
ijsvlakte. Elkaar steunend als ze het evenwicht dreigen te
verliezen.
De gladde ijsbaan, hun levensbaan, getooid met scheuren en
naden, rakelings langs een wak. De mutsen stevig op 't hoofd, de
gezichten trots in de ijzige wind, vastberaden om de totale weg
af te lopen.
Eens komt het einde in zicht, dan smelten de obstakels. Met de
'zon op hun gezicht' zullen zij de eindstreep bereiken.. |
|
|